Een bomaanslag in het zuidoosten van Iran heeft woensdag tenminste 38 slachtoffers geëist. Het doelwit was een Shi’itische rouwceremonie, waarbij gelovigen zich voorbereidden op de Ashura. De aanslag werd gepleegd door twee zelfmoordterroristen en werd opgeëist door de groep Jundallah. Onder de doden zaten ook vrouwen en kinderen. Het gebied waar de aanval plaatsvond is in het verleden ook al geteisterd door activiteiten van de Soennitische terreurgroep Jundallah. De groep werd in november toegevoegd aan de Amerikaanse lijst van terroristische organisaties.
De laatste maanden zijn meerdere gewelddadige aanslagen gepleegd in Iran. In juli werd dezelfde provincie als vandaag, Sistan-Baluchestan, opgeschrikt door twee explosies , een maand na de executie van de leider van Jundallah, Abdulmalik Rigi. Hierbij vielen 27 doden. De aanslagen werden toen opgeëist door Jundallah. In oktober vond een aanslag plaats op een militaire basis in Iran, en twee weken geleden vonden twee aanslagen tegelijkertijd plaats in Teheran. Het doelwit van de daders in Teheran waren twee nucleaire geleerden, waarvan één stierf en de ander verwond raakte.
Al langere tijd werd onrust verwacht in Iran. De maand december biedt verschillende gelegenheden waarbij in het verleden calamiteiten hebben plaatsgevonden. Eén van hen is de Ashura. Tijdens de Ashura wordt stilgestaan bij het overlijden van de kleinzoon van de profeert Mohammed, in de zevende eeuw. Ook vorig jaar vonden tijdens de Ashura onlusten plaats. Hierbij werden tientallen demonstranten gedood, toen zij tegen de regering van President Mahmoud Ahmadinejad protesteerden.
Bron: New York Times
